Limburg 2010 door Harry Duynisveld

04:50 uur. Ik besloot om maar op te staan. 10 minuten eerder dan het ingestelde alarm nadat ik zeker al 50 minuten wakker lag en minstens 10 keer op de klok had gekeken. We wilden lekker op tijd weg en als ‘debutanten’ in Limburg natuurlijk niet te laat komen. Eerst een snelle douche zodat ik de dag fris en fruitig kon beginnen. Fietsen achterin, een paar boterhammen naar binnen en om 06:00 uur uitgezwaaid door Jacqueline samen op weg naar het zo’n 230 km verder gelegen Vaals. Aan boord o.a. 6 broodjes, 6 krentenbollen, 2 energie repen, wat plakken ontbijtkoek, 2 flessen A-drank, een fles water en poeder goed voor 2 flinke bidons energiedrank. Dat moest, aangevuld met een stuk verse Limburgse vlaai, toch voldoende zijn om de beruchte hongerklop, die op het 75 km lange parkoers op ons lag te wachten, voor te blijven.

Na de Brienenoord de cruise control op 120 en dan blijkt dat autorijden in Nederland nog mooi kan zijn. Mandy was naast me in slaap gevallen en ik genoot van de bijna lege snelweg, de koeien in de mist, de opkomende zon en de heerlijke nachtmuziek op radio 2.  Wat is “Sound of the Screaming Day” van de Golden Earring dan toch eigenlijk een geweldig nummer ! In no time waren we al voorbij Eindhoven en besloten bij Weert nog even de benen te strekken en een bakkie te doen in het AC restaurant. Inmiddels werd er al druk ‘ge-sms’t’ tussen de meiden en werden de posities op de snelweg uitgewisseld. Ook bij het AC om 7:30 uur een oase van rust. Eerst even plassen, wel voor 50 cent pp, inclusief een tegoed bon voor de koffie. Uit de WC gekomen schrikken we ons echter rot! Het krioelt er plotseling van druk door elkaar schreeuwende pubers. Waar komen die ineens vandaan? En waarom staan ze met minstens 30 ineens allemaal voor ons in de rij voor een kopje koffie? “Werkweek in Frankrijk” blijkt bij navraag. ’s Ochtends met een buslading vol om 5:00 uur uit Assen vetrokken. Nou ja, even geduld dan maar. En de koffie met croissant smaakt ons na 10 minuten nog extra lekker.

Verder onderweg naar Vaals zagen we de inmiddels opgekomen zon schuil gaan onder steeds dikker wordende mistflarden. En ook de temperatuur zat nog ver weg van de ons door Erwin Krol beloofde 22 graden. Het dashboard gaf aan 12 °C, ..11°C.., 10°C.., 9 °C! Er werd druk ge-sms’t over al dan niet meegenomen mouwtjes en beentjes. Ondanks de gemiste afslag naar Heerlen (we werden afgeleid door het intensieve sms verkeer) en 6 broodjes en 3 krentenbollen verder, draaiden we om 08:45 uur de parkeerplaats op van Hoog Vaals. Alleen Frank en Victor waren ons voor.

De een na de ander arriveerde en na een gezamenlijk bak koffie en her en der verspreide omkleed partijen stond om 10:10 uur iedereen met de bandjes op 7 bar klaar voor vertrek. Vooral de ‘75R’ was erg populair. Na de inleidende speech van Frank en met de resterende krentenbollen in de achterzak konden we op weg !

De eerste km’s op het glooiend parkoers trapten gemakkelijk weg, al was het met een graad of 10°C in korte broek en korte mouwen in de afdaling toch wel wat aan de frisse kant. Ervaren Limburg gangers in de groep waarschuwden al wel voor aanzienlijk zwaarder werk in het verschiet. Ik maakte me echter geen zorgen; m’n rondjes Rotte gingen ten slotte ook aardig en deze week zelfs nog even het klimmetje erbij gepakt om wat ervaring op te doen. Middenblad voor en zo’n 20 tandjes achter met 21 km/hr naar boven was gebleken. Dat moet in Limburg ook goed te doen zijn had ik gedacht. Over Mandy met haar wekelijkse donderdagavond training in de benen maakte ik me al helemaal geen zorgen.

Na zo’n 15 km kregen we de eerste serieuze uitdaging voor de kiezen: de Eyserbosweg. Het eerste stuk liep soepel en ik dook bij Mark in het wiel die me passeerde. Dit bleek een misrekening, want nog geen 50 meter verder blokkeerde ik volledig. Om me heen het geluid van woest schakelende derailleurs, gevloek en gehijg. Ook ik zocht naar tandwielen die er niet waren en zag m’n snelheid teruglopen naar nog maar 8 km/hr. Kolere, wat is dit? Ik sleepte me hijgend als een paard naar boven, maar bleef op de fiets en overzag boven het slagveld wat deze Limburgse pukkel had aangericht.

Met diep ontzag voor de renners die hier hun beslissende demarrages plaatsen in de Gold race, vervolgden we na enige minuten weer redelijk op adem gekomen onze tocht. Na een lieflijke afdaling waarin kapelaan Odekerke niet zou misstaan, dook de Fromberg op. Toen ik om de rechtse bocht achter de bomen het hellingsvlak aanschouwde schreeuwde ik Mandy nog toe om direct haar kleine voorblad te schakelen. Zelf zette ik aan en hoorde plots een harde “tjanggg” in m’n achterwiel. “Spaak?” riep Hilbert, die naast me fietste. Shit dacht ik, dat zal toch niet. In de hoop dat het m’n derailleur was geweest die tegen sputterde bij zoveel geweld zwoegde ik omhoog en inspecteerde aldaar m’n fiets. Inderdaad, spaak gebroken en een flinke slag in het ultra moderne Shimano wiel. Omdat er niemand was die me spontaan zijn achterwiel aanbod, restte mij slechts de groep verder een fijne dag toe te wensen en dat we elkaar vanmiddag in Vaals wel weer zouden treffen. Ook Mandy, die na enige aandrang bij de groep bleef en mij vertwijfeld achterliet in the middle of no where. Daar sta je dan, met nog maar 18 km op de teller en geen idee waar je precies zit en waar naar toe. Ik besloot toch maar op de fiets te stappen en me heel voorzichtig naar beneden te laten rollen en een richting te gokken. Na ongeveer 10 minuten door een volstrekt verlaten landschap zag ik weer wat boerderijen en huizen. Ook in Limburg worden op zaterdag de auto’s gewassen bleek en werd me door een lokale autopoetser een fietsenzaak in Schin op Geul geadviseerd, zo’n 3 km verderop.

“Even aan m’n baas vragen” zei de medewerker van Jean Habets Cycles nadat ik hem m’n probleem had uitgelegd. Ze hadden het erg druk en met maar twee van de gebruikelijke 4 medewerkers en net terug van vakantie werd het moeilijk. Gelukkig zag “baas Jean ” de ernst van de situatie in en na een check of de benodigde spaak op voorraad was werd me beloofd dat ik “tussen de bedrijven door” werd geholpen. “Ja, die wielen ken ik”, zei Jean. M’n 16-spaaks Shimano wiel bleek een beruchte klant in zijn zaak. Een binnen gekomen Limburgse amateurrenner bemoeide zich met de situatie en wist me te vertellen dat ik met mijn gewicht van zo’n 95 kg (!?) volgens hem veel te zwaar was voor die wielen. Inmiddels stroomde de winkel vol met klanten waardoor het lang wachten was alvorens aan de reparatie kon worden begonnen. Mijn fiets werd met het achterwiel netjes in een beugel gestald in de winkel, zodat ik hem niet steeds hoefde vast te houden. Op een krukje zittend voor de uitgestalde fiets accessoires aanschouwde ik het binnenstromend publiek. Naast mij zocht een kleine man, eveneens uitgedost in wielertenue, naar een nieuw zadel. “Was denkst du, das ist gut? “, vroeg hij me na enige tijd en gaf me daarbij het door hem uitgekozen zadel. Door mijn wieler outfit werd ik blijkbaar voor een deskundige aangezien. Ik bekeek het zadel, kneep er eens in en keek naar het prijskaartje van €90. Hoewel ik twijfelde of het smalle witte zadel niet in het niets zou verdwijnen bij het meer dan gemiddeld ontwikkelde achterwerk van de Duitser, antwoorde ik met “Ja, ist gut” en gaf het zadel aan de man terug. Blij met het advies wandelde de man nog even rond in de winkel om vervolgens stil te staan bij mijn op onderhoud wachtende Jan Janssen Nemo. “Schönes Rad ”, sprak de man me opnieuw aan. “Ist mir”, zei ik hem, “ist kaput”, en wees hem op de ontbrekende spaak. “Ach so”, reageerde hij en liep vervolgens naar de kassa met z’n nieuwe zadel. Blijft toch oppassen met die Duitsers …

Ruim een uur later en €13 armer kon ik m’n tocht vervolgen. Ik besloot maar een verkorte route te volgen. Ik was het vertrouwen in m’n Shimano’s kwijt en wilde niet teveel risico meer nemen. Via een fantastisch mooie route reed ik vervolgens via Valkenburg, Sibbe naar Margrathen, alwaar de telefoon in m’n achterzak het bekende ringtoontje gaf. “Papa, waar ben je?” klonk het bezorgd aan de andere kant. Er werd geluncht in Eijsden begreep ik en na een blik op de kaart spraken we af elkaar in Sint Geertruid op te wachten. Daar aangekomen verorberde ik in inmiddels stralend weer m’n 2 overgebleven krentenbollen en de energie reep zodat ik klaar was om weer aan te haken met de groep. Ook m’n bidon nog even bijgevuld in het plaatselijk café (op voorwaarde van een “vrijwillige”  bijdrage voor water in Afrika..) en korte tijd later doken de eerste mannen van de 75R groep van Peter op uit het dal. Ik haakte weer aan en kon samen met Mandy alsnog de laatste 25 km van de schitterende Mergelland route vervolgen.

Terug in Vaals nog een lekkere duik genomen en om 17:30 uur met iets hogere snelheid dan heen weer terug naar Zoetermeer om nog op tijd aan te kunnen schuiven bij de BBQ. Daar kwamen nog meer verhalen los van mannen die hun plannen voor die dag niet helemaal hadden zien uitkomen (o.a. Jan, Rene), maar toch allen terugkeken op een geweldig mooie dag.

Onze sponsoren: